Woestijn

22 september 2016 - Monument Valley, Utah, Verenigde Staten

We hadden ons nog zo voorgenomen om vandaag nog even over de brug te lopen bij de Glen Canyon Dam. Gisteren niet gedaan vanwege de regen en vandaag tijd genoeg omdat we maar een uur of twee hoeven te rijden naar Monument Valley. Je hebt vanaf de brug een groots uitzicht over de Canyon. We zaten al even in de auto toen we eraan dachten en geen zin om terug te rijden. We troosten ons met de gedachte dat we er minstens 4 x overheen gereden zijn en  dat we toch geen hangslotje hadden om eraan te hangen (!).  De weg naar Monument Valley voert eindeloos door de woestijn. Blijft bijzonder om te zien, maar het werkt wel een beetje op onze geeuwspieren. Gelukkig heeft de weg in het midden niet alleen een heldergele streep, maar ook ribbels. Het geluid dat die ribbels maken als je erover heen rijdt, houd je wel wakker.  Onderweg alleen piepkleine gehuchtjes, af en toe een huis en een koe. Pas bij Kayenta komt er een beetje leven in  de brouwerij. Het kruispunt heeft op iedere hoek een benzinestation en verder natuurlijk een  McDonalds en een Burgerking. Het benzinestation waar wij zijn heeft ook een kleine winkel en  je kunt er koffie en snacks krijgen. Buiten geen bankjes of iets dergelijks, dus gewoon staan en kijken naar al het volk dat daar komt tanken. Mensen kijken is altijd leuk. Voor de eerste keer sinds we in Amerika zijn, zien we twee straathonden. Ze zien er niet slecht uit, maar een stukje green burrito en  een paar toostjes eten ze graag op. We rijden verder en zien even verderop midden in niemandsland een hele rij kraampjes, waar Indiaanse vrouwen hun zelfgemaakte kettingen, armbanden en oorbellen te koop aanbieden. We besluiten om te gaan kijken en er zitten  mooie dingen bij. Wel veel van hetzelfde. We delen complimentjes uit en roepen how nice, wow en meer van dat soort dingen. En we zien ze denken, kijken, kijken en niet kopen.  Nog een klein stukje en we zijn bij Goulding’s Monument Valley Trading Post & Lodge. En we zijn weer in Utah, dus de klok mag weer een uur vooruit en dat is maar goed ook, want het is dan ineens na tweeën en mogen we inchecken. Natuurlijk weer een trap op, maar de kamer zelf is een aangename verrassing met een mooi uitzicht op de woestijn, vreemde rotsen in de verte en een prachtige wolkenlucht daarboven. En dat kunnen we allemaal zien vanaf ons eigen balkon  met een tafel en twee stoelen.  Op het terrein zelf is nog heel veel, zoals een zwembad, een giftshop, een museum en een restaurant. In de verte is nog een benzinestation, een laundry en een supermarkt. En een vliegveldje voor de deur. Je kunt er allerlei tours boeken en we hebben in ons eigen boek ook nog een goeie hike gezien. Keus genoeg dus. We blijven  hier maar één nacht en het lijkt ons niet slim om heel veel te doen gezien de rit van morgen. We gaan naar de giftshop vol met Indiaans Art, naar het museum (leuk om te zien hoe het hier vroeger was) en we maken een korte wandeling over een rode rots, die nog korter blijkt te zijn dan we dachten. Op naar de supermarkt om lekkere dingen te kopen voor bij de wijn die we nog in onze door hebben. Lekker op ons balkon met een wijntje en een hapje en we genieten van de donkere wolken in de verte waar we de regen uit zien vallen. Tot het bij ons ook gaat regenen. Wij zijn blij dat we de sunset tour niet hebben geboekt, want geen zon meer te zien dus. En 2 ½ uur in een open jeep in de regen is niet ons idee van iets leuks. Lekker gegeten in het restaurant te weten Fry Bread met een beef stew. Natuurlijk weer te veel, dus uitbuiken op bed.

Foto’s